Huiswerk les 4 Stadsacademie module Groot Ruimtelijk: studie naar de waarneming met aandacht voor perspectief en materiaaluitdrukking. Onderschildering grisaire met kleuraccent, acryl 50 x 70 cm
woensdag 15 oktober 2014
De kleur van pijn
Rood.
De kleur van passie. En van hartstocht. Kwaliteiten waar we ons graag
mee verbinden. Maar ook de kleur van pijn, van woede, en zelfs van haat.
Net zo goed kwaliteiten van het leven. Maar in onze cultuur zien we dat
liever niet zo. Terwijl het zo mooi kan zijn. Hartstocht en haat liggen
dichter bij elkaar dan we denken.
Als de symboliek van kleuren behandeld wordt, in kunstzinnig onderwijs of in workshops persoonlijke ontwikkeling, worden passie en hartstocht bij de kleur rood standaard genoemd. Pijn en woede niet. Als ik dan aanvul dat rood ook daarvoor staat, zijn de reacties steevast: nou voor mij niet hoor, voor mij gaat het over passie. Zo'n reactie wordt dan zo haastig uitgesproken, zo vlug gebruikt om de 'negatieve' associatie van tafel te vegen, dat bij mij dan onwillekeurig de vraag op komt: wat moet hier zo krampachtig weggepoetst worden? Waarom? En met welke gevolgen? Vaak zijn dit de mensen die het minst vrij en passievol kunnen werken. Er zit vaak iets op slot. Als gevoel moet worden weggestopt, werkt dat vaak twee kanten op.
Waarom zien we pijn en woede als zo negatief? En waarom negeren we het zo vaak? Ze horen toch bij het bonte geheel dat het leven is? Zonder pijn geen geluk, zonder woede geen blijdschap. Dat weten we allemaal. Maar desondanks negeren we het liever. In het openbaar al helemaal. En vaak ook in onszelf. Met alle gevolgen van dien.
Pijn die gevoeld, geuit en gezien mag worden, kan aanzwellen en wegebben als het tij. De levensstroom wordt niet geblokkeerd en uiteindelijk kun je verder, onbeladen, licht, vrij en vol ruimte voor wat komt. Pijn die genegeerd en onderdrukt wordt, zet zich vast in het lichaam, gaat etteren, zweren, groeit uit tot een monster en komt er hoe dan ook op een dag uit. In de vorm van steeds terugkerende absurde woede over rondslingerende was of 'die buitenlanders', of als kwaadaardige cellen, depressie of andere levensbelemmerende zaken die vele malen gevaarlijker zijn dan het oorspronkelijke 'kwaad'.
Ondertussen moeten allerlei sluimerende gevoelens van onbehagen worden gedempt door bergen suiker, alcohol, consumptiegoederen, keiharde beats, werk, presteren in welke vorm dan ook, adrenalinekicks van sport, of gewoon een algeheel patroon van hollen en stilstaan. Met allerlei onbevredigde gevoelens van leegte, schuld en schaamte als gevolg, die op hun beurt weer moeten worden weggewerkt.
Desondanks vond de positieve psychologie de laatste jaren veel gevolg. Richt je op het goede, stuur je gedachten, gebruik positieve affirmaties, was het devies. Maar hoe zit het met de bron van het negatieve die blijkbaar ergens sluimert?
We dragen allemaal pijn met ons mee, bewust of onbewust. Pijn van zaken die lang, heel lang of kort voorbij zijn, maar nog steeds voelbaar. Pijn die we ooit moesten wegstoppen, maar die nooit weg is gegaan en die zich af en toe een weg naar de oppervlakte vecht. Meestal op momenten dat het ons helemaal niet uitkomt, of ons hoogst verbaast. Soms vermomd in de melancholie van de herfst. En bij vrouwen vaak verstopt in terugkerende irritaties en huilbuien rond hun maandelijkse periode. Zo hebben we allemaal wonden die nog niet geheeld zijn. Nog steeds niet? Nee, nog steeds niet. Als het helingsproces nog niet klaar is, is het nog niet klaar. Welk idee we ook mogen hebben over de duur van zoiets.
Op zulke momenten stilstaan bij het gevoel, het laten komen en weer gaan, tijd nemen om te troosten of te laten troosten, het eventueel te schilderen, fotograferen, beschrijven of bedichten, is geen aanstellerij, geen last, geen zwakte, geen falen. En het is ook iets anders dan zwelgen in je verdriet, of blijven hangen in het verleden. Het is een gezonde middenweg tussen negeren en niet loslaten. Niets om je voor te schamen, niets om te verbergen. Het is immers zelfzorgend, constructief en het voorkomt veel groter leed. En dus is het ontzettend volwassen, moedig en krachtig.
Pijn die genegeerd wordt en behandeld als een nutteloos en levenloos ding, leidt uiteindelijk tot destructie en stilstand. Pijn die kan stromen en mag leven, kan uiteindelijk nieuw leven voortbrengen.
Als de symboliek van kleuren behandeld wordt, in kunstzinnig onderwijs of in workshops persoonlijke ontwikkeling, worden passie en hartstocht bij de kleur rood standaard genoemd. Pijn en woede niet. Als ik dan aanvul dat rood ook daarvoor staat, zijn de reacties steevast: nou voor mij niet hoor, voor mij gaat het over passie. Zo'n reactie wordt dan zo haastig uitgesproken, zo vlug gebruikt om de 'negatieve' associatie van tafel te vegen, dat bij mij dan onwillekeurig de vraag op komt: wat moet hier zo krampachtig weggepoetst worden? Waarom? En met welke gevolgen? Vaak zijn dit de mensen die het minst vrij en passievol kunnen werken. Er zit vaak iets op slot. Als gevoel moet worden weggestopt, werkt dat vaak twee kanten op.
Waarom zien we pijn en woede als zo negatief? En waarom negeren we het zo vaak? Ze horen toch bij het bonte geheel dat het leven is? Zonder pijn geen geluk, zonder woede geen blijdschap. Dat weten we allemaal. Maar desondanks negeren we het liever. In het openbaar al helemaal. En vaak ook in onszelf. Met alle gevolgen van dien.
Pijn die gevoeld, geuit en gezien mag worden, kan aanzwellen en wegebben als het tij. De levensstroom wordt niet geblokkeerd en uiteindelijk kun je verder, onbeladen, licht, vrij en vol ruimte voor wat komt. Pijn die genegeerd en onderdrukt wordt, zet zich vast in het lichaam, gaat etteren, zweren, groeit uit tot een monster en komt er hoe dan ook op een dag uit. In de vorm van steeds terugkerende absurde woede over rondslingerende was of 'die buitenlanders', of als kwaadaardige cellen, depressie of andere levensbelemmerende zaken die vele malen gevaarlijker zijn dan het oorspronkelijke 'kwaad'.
Ondertussen moeten allerlei sluimerende gevoelens van onbehagen worden gedempt door bergen suiker, alcohol, consumptiegoederen, keiharde beats, werk, presteren in welke vorm dan ook, adrenalinekicks van sport, of gewoon een algeheel patroon van hollen en stilstaan. Met allerlei onbevredigde gevoelens van leegte, schuld en schaamte als gevolg, die op hun beurt weer moeten worden weggewerkt.
Desondanks vond de positieve psychologie de laatste jaren veel gevolg. Richt je op het goede, stuur je gedachten, gebruik positieve affirmaties, was het devies. Maar hoe zit het met de bron van het negatieve die blijkbaar ergens sluimert?
We dragen allemaal pijn met ons mee, bewust of onbewust. Pijn van zaken die lang, heel lang of kort voorbij zijn, maar nog steeds voelbaar. Pijn die we ooit moesten wegstoppen, maar die nooit weg is gegaan en die zich af en toe een weg naar de oppervlakte vecht. Meestal op momenten dat het ons helemaal niet uitkomt, of ons hoogst verbaast. Soms vermomd in de melancholie van de herfst. En bij vrouwen vaak verstopt in terugkerende irritaties en huilbuien rond hun maandelijkse periode. Zo hebben we allemaal wonden die nog niet geheeld zijn. Nog steeds niet? Nee, nog steeds niet. Als het helingsproces nog niet klaar is, is het nog niet klaar. Welk idee we ook mogen hebben over de duur van zoiets.
Op zulke momenten stilstaan bij het gevoel, het laten komen en weer gaan, tijd nemen om te troosten of te laten troosten, het eventueel te schilderen, fotograferen, beschrijven of bedichten, is geen aanstellerij, geen last, geen zwakte, geen falen. En het is ook iets anders dan zwelgen in je verdriet, of blijven hangen in het verleden. Het is een gezonde middenweg tussen negeren en niet loslaten. Niets om je voor te schamen, niets om te verbergen. Het is immers zelfzorgend, constructief en het voorkomt veel groter leed. En dus is het ontzettend volwassen, moedig en krachtig.
Pijn die genegeerd wordt en behandeld als een nutteloos en levenloos ding, leidt uiteindelijk tot destructie en stilstand. Pijn die kan stromen en mag leven, kan uiteindelijk nieuw leven voortbrengen.
woensdag 8 oktober 2014
De wandeling
December 2013
In hoog tempo wandel ik mijn dagelijkse kalmeringsronde door de polder. Om me heen zakt de natuur steeds dieper weg in een ijzige stilte. De zwanen bewegen nauwelijks om zo hun energie te sparen. De koeien herkauwen driemaal zo traag het gras dat steeds schaarser wordt omdat het niet meer groeit. Het altijd zo beweeglijke water staat bijna stil. En zelfs de wind laat de laatste hardnekkige bruine bladeren aan de bomen met rust. Ook al schijnt heel de dag de zon, de donkerste dagen van het jaar zijn aangebroken. Na het onstuimige loslaatproces van de herfst, komt alles nu van nature tot stilstand, keert naar binnen, om zich in alle rust voor te bereiden op het moment waarop groei en bloei weer aan de orde zullen zijn. Dat moment zal zeker komen. Maar nu nog niet.
In hoog tempo wandel ik mijn dagelijkse kalmeringsronde door de polder. Om me heen zakt de natuur steeds dieper weg in een ijzige stilte. De zwanen bewegen nauwelijks om zo hun energie te sparen. De koeien herkauwen driemaal zo traag het gras dat steeds schaarser wordt omdat het niet meer groeit. Het altijd zo beweeglijke water staat bijna stil. En zelfs de wind laat de laatste hardnekkige bruine bladeren aan de bomen met rust. Ook al schijnt heel de dag de zon, de donkerste dagen van het jaar zijn aangebroken. Na het onstuimige loslaatproces van de herfst, komt alles nu van nature tot stilstand, keert naar binnen, om zich in alle rust voor te bereiden op het moment waarop groei en bloei weer aan de orde zullen zijn. Dat moment zal zeker komen. Maar nu nog niet.
Ook mijn lijf heeft behoefte aan opslomen. Maar mijn geest
verzet zich hevig. Er zijn zoveel ideeen die ik uit wil voeren. Er is zoveel te
leren. Er ligt een hele voorraad nieuw materiaal dat gebruikt moet worden. Ik
heb net een plan van aanpak gemaakt dat vraagt om actie. En met dat alles heb
ik heel veel haast. Want ik moet zo snel mogelijk leren om de allermooiste
kunst van de wereld te maken. Er is geen tijd voor een winterslaap. Niet nu.
Ik voel hoe de frustratie zich in me opbouwt. Ik wil zoveel,
maar ik kom geen stap verder in de uitvoering van mijn plannen. Ik denk
voortdurend in cirkels. De flow die er vorige week nog was, is weg. Ik voel in
de verte dat het zinloos is, dat ik moet wachten, me over moet geven aan het
moment. Maar het lukt niet. Ik wil door. Ik wil het. Het moet!
Aangekomen in het kleine en enige stukje bos dat ons dorp
rijk is, vertraag ik eindelijk mijn pas. De zachte grond, de bomen die onbeweeglijk
hoog boven me uit torenen, het onbezorgde gekwetter van de vogels, maken me
bewust van mijn absurde tempo. Naarmate ik verder vertraag, letterlijk mijn beweging
vertraag, voel ik hoe ik uit mijn overactieve hoofd langzaam in mijn lijf zak.
Ik voel weer dat ik voeten heb en benen en een buik. Ik voel hoe de spanning
tegen mijn middenrif drukt en een licht gevoel van benauwdheid veroorzaakt.
Even maakt het me angstig. Maar ik adem rustig door. De angst zakt. De spanning
zakt.
Doordat ik ontspan, doordat ik weer contact maak met mijn
lijf, begin ik me weer veilig te voelen. Veilig genoeg om mezelf te accepteren
zoals ik ben. Veilig genoeg om het obsessieve ideaalbeeld van succesvol
kunstenaar los te laten. Veilig genoeg om me over te geven aan mijn
creatieproces, in welke vorm en in welk tempo dat ook moge plaatsvinden. Ik
hoef niets te bereiken. Ik ben goed zoals ik ben. En langzaam laat ik de
illusie los, de fantasie, dat er iets koste wat het koste moet. Ik moet niets. Wat
er nu niet is, is er nu niet. De inspiratie, de flow, komt heus wel terug, als
de tijd rijp is. Misschien morgen al weer. Misschien pas in het nieuwe jaar. Ik
heb daar geen controle over.
Zo werkt mijn creatieve proces. En zo werkt ook het grootste
creatieve proces: de natuur. Het ritme van de natuur, om me heen en in mezelf,
is geen wet, geen regel, waar ik me aan kan onttrekken als het me zo uitkomt.
De natuur met al haar cycli is de realiteit. En de realiteit is onverbiddelijk.
Langzaam de ene voet voor de andere zettend, geniet ik van
het tweede deel van mijn wandeling. Ik voel me één met de rust om me heen. Zo
wil ik leven, zo wil ik creëren. Stap voor stap, in mijn eigen natuurlijke
tempo. In contact met mijn gevoel, in plaats van zwevend in de soms ongezonde fantasieën van mijn geest. Natuurlijk helpt die geest me ook enorm. Maar vanuit
mijn gevoel komen de juweeltjes, daar zit de echte creatieve magie. Ooit hoop
ik die twee optimaal te kunnen laten samenwerken.
Blijven oefenen, vallen en
opstaan. In dat leerproces zal mijn hoofd nog wel heel vaak op hol slaan. Maar
dan zijn er altijd mijn wandelschoenen en dat kleine bos waar ik al zo vaak
mijn rust hervonden heb. Dankjewel bos, dat je me steeds weer met beide voeten
op de grond zet.
Zonder titel
Avondrode ruiten
spruiten
rozig hemelafwaarts
waar de zon
nog even voorwaarts
staart
naar ’t bovenaards
daarbuiten
(14 maart 2013)
Parallel
Gesloten met mijn ogen dicht
Het grote niets in het vizier
Komt de waarheid aan het licht
En in woorden op papier
Maar hebben woorden uit het niets
wel waarde mettertijd?
Schuilt niet in het waarneembaar
iets
de ware werkelijkheid?
Vanwaar komt telkens toch die zin
in dromen onder te duiken?
En eenmaal afgedaald daarin
snel weer naar het oppervlak te
kruipen?
Het zijn twee werelden waarin ik
leef
Een parallel bestaan
van denken en voelen aan
weerszijden van de schreef
waarin waar- en werkelijkheid
niet samen gaan
(3 juni 2010)
Liefde
Volmaakt gelukkig
met een revaliderend hart
De kracht van het leven is groter
dan de pijn ooit zal kunnen zijn
Liefde wordt altijd beter
Liefde raakt niet eens gewond
Liefde is onaantastbaar
Liefde is altijd gezond
Het zijn de harten die door
liefde breken
Het zijn de levens die nooit meer
hetzelfde zijn
Het zijn de mensen die niet
zonder kunnen
Het zijn de gevoelens vol met
pijn
Gestreeld door een stem
Kan liefde verschijnen
Verstikt en doodsbang
Kan ze onverwacht verdwijnen
Liefde voelen en ervaren
Zijn van een menselijke
eindigheid
Maar liefde zijn is zonder einde
Liefde kent haar eigen tijd
Liefde kent haar eigen ruimte
Maar is altijd dichterbij dan je
dacht
Veilig verborgen en verankerd
In de dimensie van je eigen hart
(15 februari 2010)
Vlieg
Er
zijn vogels
die heel hun leven in kooitjes zitten
En
toch elke dag weer
vrolijk
hetzelfde deuntje fluiten
Er
zijn ook vogels
die
stil worden als je ze opsluit
Tot
een zeldzame ontsnapping
Dan
zingen ze uit volle borst
En
er zijn vogels
die
sterven in gevangenschap
Want
hun lied is de stem van het leven
die
hoog vanuit de hemel
de
aarde van wijsheid voorziet
Vlieg,
lieve schat
En
blijf vliegen
Laat
niemand jou ooit vangen
Laat
jouw lied nooit verstommen
Want
de aarde heeft jou nodig
En
jij de hemel
(9 april 2008)
Abonneren op:
Posts (Atom)